Y woont in Frankrijk en ontvangt een nabestaandenpensioen van het ABP. Omdat de overleden partner van Y als laatste werkte in een privaatrechtelijke dienstbetrekking, is het pensioen in woonland Frankrijk belast.
Bron: Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 28 oktober 2022, ECLI:NL:RBZWB:2022:6309
X woont in Hongarije en geniet een Nederlands pensioen en AOW. Hij voldoet niet aan het 90%-criterium en maakt niet aannemelijk dat hij in Hongarije geen inkomstenbelasting verschuldigd is. Hij kan de zorgkosten dan niet in Nederland aftrekken.
Bron: Gerechtshof ’s-Hertogenbosch, 14 september 2022, ECLI:NL:GHSHE:2022:3205
De inspecteur en de rechter zijn gebonden aan de door de SVB afgegeven A1-verklaring aan een Rijnvarende. De door de Rijnvarende betaalde Liechtensteinse premies kunnen niet worden verrekend met de in Nederland verschuldigde premies.
Bron: Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 27 oktober 2022, ECLI:NL:RBZWB:2022:6236
Het nieuwe pensioenartikel in het belastingverdrag met Duitsland 2012 berust op redelijke overwegingen, ook al leidt die bepaling tot een lastenverzwaring. Er is geen sprake van ongeoorloofde discriminatie.
Bron: Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 28 oktober 2022, ECLI:NL:RBZWB:2022:6308
A woont in België en ontving van 2014–2017 pensioenuitkeringen uit Nederland. De inspecteur heeft eerst een vrijstelling afgegeven, maar ontdekte later dat België de pensioenen niet belast heeft. De inspecteur mag dan navorderen.
Bron: Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 28 oktober 2022, ECLI:NL:RBZWB:2022:6312
A komt uit China en doet in Nederland promotieonderzoek. De periode van het promotieonderzoek (6 jaar) wordt na een verzoek om toepassing van de 30%-regeling, in mindering gebracht op de maximale looptijd van de 30%-regeling van 5 jaar. Er resteert daarna geen looptijd meer.
Bron: Rechtbank Noord-Holland, 28 september 2022, ECLI:NL:RBNHO:2022:9226
Voor de beoordeling of sprake is van ter beschikking stellen op het grondgebied van een andere lidstaat in de zin van Detacheringsrichtlijn, zijn meerdere factoren beslissend, zoals de aard, band en mate van het werk op het grondgbied van het werkland.
Bron: Hoge Raad, 14 oktober 2022, ECLI:NL:HR:2022:1430
A woont in Duitsland en krijgt uit Nederland een ANW- en ZW-uitkering van in totaal € 18.575. Op de ZW-uitkering is in het kader van een loonbeslag € 3.183 ingehouden. Nederland heeft het heffingsrecht omdat het totaal van de uitkeringen groter is dan € 15.000.
Bron: Hoge Raad, 14 oktober 2022, ECLI:NL:HR:2022:1464
A woont in Nederland en koopt een Amerikaans IRA (pensioen) af voor € 433.967. Volgens het verdrag heeft Nederland heffingsrecht. Echter de afkoopsom is toch niet belast, omdat de Belastingdienst voor de afkoop bevestigd heeft dat de afkoopsom niet belast is.
Bron: Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 14 oktober 2022, ECLI:NL:RBZWB:2022:5968
A woont op Curaçao en ontvangt diverse uitkeringen, waaronder AOW en een pensioen van ABN-Amro. Bij de berekening van de belasting mag het pensioen in aanmerking worden genomen voor de progressie. Daarna wordt een evenredig deel van de heffing verminderd tot 15%.
Bron: Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 13 oktober 2022, ECLI:NL:RBZWB:2022:5934