De conclusie van A-G De Bock geeft onder meer nader invulling aan een van de criteria die in het Deliveroo-arrest door de Hoge Raad zijn gegeven, nl. persoonlijk ondernemerschap. Dit criterium komt beperkte betekenis toe aldus de A-G. Voor nu afwachten wat de Hoge Raad gaat oordelen over de prejudiciële vragen.

Bron: Conclusie A-G De Bock 30 september 2024, ECLI:NL:PHR:2024:996

A, inwoner van Nederland ontvangt een Curaçaose AOV-uitkering (Algemene Ouderdomsverzekering), wordt deze gerekend tot het bijdrage-inkomen voor de Zvw? Zvw-premie over deze uitkering is door A verschuldigd aldus rechtbank en Hof. Ook de Hoge Raad komt, verwijzend naar art. 81 Wet RO tot deze conclusie.

Hoge Raad 27 september 2024, ECLI:NL:HR:2024:1333

Roemenië kent fiscale faciliteiten om de uitstroom van Roemeense bouwlieden naar andere landen tegen te gaan. Dergelijke beschermingsmaatregelen zijn houdbaar want gerechtvaardigd aldus het Hof van Justitie.

Bron: Hof van Justitie 26 september 2024, ECLI:EU:C:2024:786

Het Hof van Justitie heeft arrest gewezen in een procedure over een inwoner van Oostenrijk die gelijktijdig als zelfstandige werkzaam was in Oostenrijk, Liechtenstein en Zwitserland. Het Hof stelt dat aan de hand van artikel 13, lid 2 sub b Vo. 883/2004 gekomen moet worden tot vaststelling van het toepasselijke socialezekerheidsstelsel in casu. Dit volgt uit de overeenkomsten, resp. EER-overeenkomst (Liechtenstein) en OVVP (Zwitserland), die door de EU zijn gesloten. In casu is de Oostenrijkse wetgeving van toepassing verklaard.

Bron: Hof van Justitie 26 september 2024, ECLI:EU:C:2024:802

Bij het Hof van Justitie ligt de prejudiciële vraag voor of de opcentiemen die in rekening worden gebracht bij niet-inwoners van België in strijd komt met artikel 45 VWEU.

Bron: curia.europa.eu, C-119/24, 14 februari 2024

A-G Pauwels heeft conclusie genomen in een casus over een inwoner van Nederland die als keeperstrainer aan de slag was in Saudi-Arabië. De verdragsbepaling inzake niet-zelfstandige arbeid is van toepassing. Voor de vaststelling van de aftrek elders belast concludeert de A-G dat ook niet gehele dagen in de dagenbreuk kunnen worden meegenomen, in lijn met de visie van de inspecteur.

Bron: Conclusie A-G Pauwels 16 augustus 2024, ECLI:NL:PHR:2024:851

Rechtbank Zeeland-West-Brabant heeft uitspraak gedaan over toepassing van artikel 2.7, lid 2 Wet IB 2001 in een immigratiesituatie. In een dergelijke situatie dient de heffingskorting tijdsevenredig worden vastgesteld.

Bron: Rechtbank Zeeland-West-Brabant 23 juli 2024, ECLI:NL:RBZWB:2024:5065

De meldingsplicht in het kader van een EU-richtlijn, DAC6/mandatory disclosure, bij advisering over grensoverschrijdende fiscale constructies is door het Hof van Justitie niet als strijdig met EU-recht aangemerkt. Diverse EU-rechtelijke aspecten komen aan bod in dit arrest.

Bron: Hof van Justitie, 29 juli 2024, ECLI:EU:C:2024:639

Een student uit India heeft in 2018 voorafgaand aan het volgen van een studie aan een Nederlandse universiteit, collegegeld betaald. In hoeverre komt deze student in aanmerking voor aftrek scholingsuitgaven (in de zin van het thans vervallen art. 6.40 Wet IB 2001)? Op 12 juli jl. heeft de Hoge Raad uitspraak gedaan in deze zaak.

Bron: Rechtspraak.nl, Hoge Raad, 12 juli 2024

Eind juni 2024 zijn naar aanleiding van een WOO-verzoek ter zake van het Deliveroo-arrest (ECLI:NL:HR:2023:443) stukken gepubliceerd die inzicht geven in de wijze waarop de Belastingdienst de beoordeling van arbeidsrelaties aanvliegt. Verder is 5 juli 2024 een conclusie van A-G de Bock gepubliceerd inzake de vraag of schoonmakers in dienstbetrekking werkzaam waren bij het Helpling-platform.

Bron: Rijksoverheid, ‘Besluit op Woo-verzoek over Deliveroo-arrest’, 26 juni 2024 & Rechtspraak.nl, ECLI:NL:HR:2023:443