A woont in Nederland en werkt in een internationale managementfunctie in dienstbetrekking voor een Limited. Zijn loon voor zijn werk voor een Duitse GmbH gaat op in een algemene service-fee. Het loon van A is belast in Nederland. De GmbH is voor het verdrag met Duitsland 1959 geen materiële werkgever.
Bron: Hoge Raad, 14 oktober 2022, ECLI:NL:HR:2022:1436
X woont in Nederland en claimt over 2016 een aftrek ter voorkoming van dubbele belasting voor zijn positief buitenlands inkomen. De inhaalbeschikking 2015 verhindert dat, ook als die is opgelegd na de aanslag over 2015.
Bron: Rechtbank Gelderland, 13 mei 2022, ECLI:NL:RBGEL:2022:2403
De Hoge Raad volgt Hof Amsterdam. X is als rijnvarende in 2012 sociaal verzekerd in Nederland, omdat het schip werd geëxploiteerd door een Nederlandse onderneming. Ook voor de Luxemburgse ziekte-uitkering is X dan premieplichtig in Nederland.
Bron: Hoge Raad, 9 september 2022, ECLI:NL:HR:2022:1183
Op 13 oktober a.s. organiseren het Secretariaat-Generaal van de Benelux en expertisecentrum ITEM een conferentie met de titel 'The Future of Working from a cross-border perspective'. Deze conferentie zal (voor een kleine groep) fysiek in Brussel plaatsvinden en online te volgen zijn voor de overige deelnemers.
V woont in Nederland en is bestuurder van een vennootschap in Costa Rica. Zijn vergoeding over 2018 ziet niet op in Costa Rica verrichte werkzaamheden. Het loon is in Nederland belast.
Bron: Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 13 september 2022, ECLI:NL:GHARL:2022:7910
Auteurs: Bo Berkman en Robert Bäumler, beiden werkzaam bij de Belastingdienst, Kennis- & Expertisecentrum Buitenland. Dit artikel is geschreven op persoonlijke titel.
In het allereerste Vakblad Grensoverschrijdend Werken, van september 2016, was een artikel opgenomen over de berekening van heffingskortingen in internationaal verband en de knelpunten die daarbij naar voren komen. Daarin werd onder meer ingegaan op de vraag welk inkomen bepalend is voor de berekening van de (maximale hoogte van de) arbeidskorting en algemene heffingskorting. We zijn inmiddels 6 jaar verder en concluderen dat er voor sommige situaties nog altijd geen sluitend antwoord bestaat op deze vraag, getuige alleen al de verschillende rechterlijke uitspraken die hierover de laatste maanden zijn verschenen. In dit artikel lichten wij deze problematiek toe aan de hand van een voorbeeldsituatie. Wij beogen hiermee geen alomvattend beeld te schetsen.
A is piloot bij een buitenlandse werkgever. A krijgt een vergoeding per uur, die ook de te maken (niet specifiek aangewezen) kosten dekt. A en de inspecteur vinden dat 17.000 euro van de vergoeding zakelijke kosten dekt. Dat bedrag is een vrijgestelde kostenvergoeding.
Bron: Gerechtshof ’s-Hertogenbosch, 7 september 2022, ECLI:NL:GHSHE:2022:3100
Auteur: Carlo Douven, werkzaam bij de Belastingdienst/kantoor Buitenland en freelance docent. Dit artikel is geschreven op persoonlijke titel.
In dit artikel zal ik ingaan op de fiscale positie van in Nederland verblijvende gevluchte Oekraïners in verband met de oorlog tussen Oekraïne en Rusland. Veel werkgevers maken dankbaar gebruik van de arbeidskracht van de gevluchte Oekraïners. De krapte op de Nederlandse arbeidsmarkt speelt daar zeker een grote rol bij. Maar wat is de fiscale positie van een gevluchte Oekraïner en waar moet de werkgever rekening mee houden? In dit artikel zal ik dit nader toelichten. Opvallend genoeg heeft het Ministerie van Financiën over de fiscale positie van Oekraïners nog vrijwel niets gepubliceerd. Dat betekent dat we de reguliere regels moeten toepassen. Zoals zal blijken, is dat nog niet zo eenvoudig, al komt dat vooral omdat de fiscale woonplaats niet altijd duidelijk is.
In dit vakblad, 2022, nr. 47 en 48 hebben Daphne Demetriades en Esther Wolthuis al de sociale zekerheidspositie en de verblijfs- en arbeidsrechtelijke aspecten van gevluchte Oekraïners beschreven. Ik beperk me in dit artikel, deel 3, tot de loonbelastingaspecten. Al zal ik ook enkele recente andere wetenswaardigheden benoemen.
Auteur: mr. Marco Wirtz, werkzaam als advocaat arbeidsrecht bij Peeters Euregio Law & Tax (m.wirtz@euregio.law)
Indien u als ondernemer uw activiteiten internationaal wenst uit te breiden, zou België wel eens een interessante optie kunnen zijn. België is immers strategisch gunstig gelegen in het hart van Europa en vormt reeds de vestigingsplaats van heel wat internationale ondernemingen. Daarnaast biedt België bovendien interessante doorgroeimogelijkheden naar andere Europese landen. Eén van de meest eenvoudige manieren om toegang te krijgen tot de Belgische markt is door een werknemer, meer bepaald een handelsvertegenwoordiger, aan te werven die in België op zoek gaat naar nieuw cliënteel. Hieronder zetten we de meest voorkomende vragen en aandachtspunten in dit kader voor u op een rij.
Auteur: Mischa Gerardu, fiscaal juriste. Dit artikel is geschreven in het kader van haar rol bij SOFI-expertise.
Onlangs is er een nieuwe episode aangebroken in de lopende discussie over de uitleg van het overheidsartikel in de belastingverdragen. De rechter, in dit geval de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, heeft in twee uitspraken haar visie gegeven over de uitleg van het overheidsartikel in de belastingverdragen. De feiten en omstandigheden in beide rechtszaken verschillen van elkaar, maar duidelijk is dat de rechtbank voor de uitleg van het overheidsartikel, in deze twee zaken, uitgaat van de letterlijke tekst van de verdragsbepaling en ook geen aanleiding ziet om daarvan af te wijken.