Volgens de bij het Belastingplan ingediende uitvoeringstoetsen leidt de beperking van de 30%-regeling tot uitvoeringsgevolgen betreffende het overgangsrecht, bezwaarschriften en het switchen tussen de 30%-regeling / vergoeding van de werkelijke kosten.
Bron: Uitvoeringstoets Belastingplan 2013, 20 september 2022
Het kabinet is van plan om de looptijd van een fiscale regeling voor werknemers uit het buitenland, de zogenoemde 30%-regeling, per 1 januari 2019 te verkorten van acht naar vijf jaar.
Hiermee heeft de ministerraad op voorstel van de staatssecretaris van Financiën ingestemd. Het kabinet volgt hiermee een aanbeveling op uit de evaluatie van de 30%-regeling. De verkorting gaat gelden voor zowel nieuwe als bestaande gevallen.
Staatssecretaris van Financiën Wiebes wil geen verdere belastingvoordelen geven aan grensarbeiders. Werken over de grens brengt met zich mee dat men te maken krijgt met wet- en regelgeving uit andere landen. De belangrijkste negatieve effecten zijn al tegengegaan. Voor grensarbeiders zet de staatssecretaris dan ook vooral in op betere voorlichting.
Bron: Ministerie van Financiën, 20 maart 2017, nr. 2017-0000031512
Een piloot vliegt in vliegtuigen van Ryanair, maar is via Brookfield Aviation Int. ltd. bemiddeld. De rechtbank is van mening dat piloot in dienstbetrekking werkzaam is voor Brookfield. Hij kan de gemaakte arbeidskosten niet van zijn inkomen aftrekken.
Bron: Rechtbank Den Haag, 1 december 2016, ECLI:NL:RBDHA:2016:14894
Bij het importeren van een gebruikte auto moet voor de BPM de afschrijving berekend worden van de historische nieuwprijs aan de hand van de prijs die een handelaar aan een particulier betaalt bij aankoop van gelijksoortige in Nederland geregistreerde personenauto’s
Bron: Hoge Raad, 27 januari 217, ECLI:NL:HR:2017:76, ECLI:NL:HR:2017:45
Voor de BPM moet onder een nieuwe personenauto worden verstaan een auto die na de vervaardiging ervan niet of nauwelijks in gebruik is geweest. Dat is niet anders als de auto eerst in het buitenland op een kenteken is gezet. Het BPM-tarief van het jaar van registratie in Nederland is van toepassing. De BPM-heffing is niet in strijd met het EU-recht. Bron: Hoge Raad, 27 januari 2017, ECLI:NL:HR:2017:78 en ECLI:NL:HR:2017:79
Een inwoner vraagt in België zijn sociale zekerheidspensioen aan. Hij vermeldt daarbij niet dat hij ook recht heeft op Nederlandse AOW. Dat vraagt hij pas in België aan in december 2014. De AOW gaat door deze late aanvraag pas in een jaar voor de aanvraag in 2014, dus in december 2013. Hij verliest een deel van zijn rechten.
Bron: Centrale Raad van Beroep, 25 november 2016, ECLI:NL:CRVB:2016:4509
Een inwoner van Nederland geniet als oud-werknemer van de EU een pensioen. Dit EU-pensioen is niet belast in Nederland op grond van EU-regelgeving. Met het vrijgestelde EU-pensioen mag wel rekening worden gehouden om de hoogte van de ouderentoeslag te bepalen.
Bron: Rechtbank Den Haag, 6 oktober 2016, ECLI:NL:RBDHA:2016:13238
Een Nederlands bedrijf heeft met een aantal Slowaakse ijzervlechters een overeenkomst van onderaanneming gesloten. De inspecteur kon op basis van de feiten en omstandigheden niet aannemelijk maken dat sprake was van een dienstbetrekking. Wel is mogelijk sprake van een fictieve dienstbetrekking. Een ander Gerechtshof moet onderzoeken of de ijzervlechters in feite persoonlijk arbeid verrichten voor de Nederlandse opdrachtgever. Het is niet noodzakelijk dat de Slowaken zich ook tot het persoonlijk verrichten van de arbeid hebben verbonden.
Bron: Hoge Raad, 18 november 2016, ECLI:NL:HR:2016:2605