Hongaarse werknemers zijn naar Oostenrijk gedetacheerd met een A1-verklaring om daar vlees uit te snijden en te verpakken. Door de A1-verklaring blijven de werknemers sociaal verzekerd in Hongarije. Volgens Oostenrijk en de administratieve Commissie van de EU zijn de werknemers echter in Oostenrijk verzekerd. De Advocaat-Generaal van het Europese Hof van Justitie is van mening dat de A1 geldig blijft totdat Hongarije overgegaan is tot intrekking.
Bron: Advocaat-Generaal van EU Hof van Justitie, 31 januari 2018, nr. C-527/16
Een uit Duitsland ingevoerde auto met 303 kilometer op de teller en zonder gebruikssporen, moet voor de BPM aangemerkt worden als een nieuwe auto. De auto was eerder op een Duits kenteken gesteld ten name van een derde, waar belanghebbende de auto van gekocht heeft. In Duitsland werd de auto aangemerkt als een ‘Gebrauchtwagen’.
Bron: Gerechtshof ’s-Hertogenbosch, 21 december 2017, ECLI:NL:GHSHE:2017:5856
Een aantal inwoners van Nederland die in Duitsland een mini-job hebben (geringfügig Beschäftigte), zijn in Duitsland niet verzekerd voor hun ouderdomspensioen en komen niet in aanmerking voor Duitse kinderbijslag. In Nederland zijn ze ook niet verzekerd, omdat ze in Duitsland werken. De Hoge Raad stelt weer vragen aan het Hof van Justitie EU.
Bron: Hoge Raad, 2 februari 2018, ECLI:NL:HR:2018:126 en ECLI:NL:HR:2018:127
Een inwoner van Nederland werkt als wetenschapper twee jaar aan een Amerikaanse universiteit. Voor de hooglerarenbepaling in het verdrag met de VS is het woonland niet relevant. De grammaticale lezing van het artikel leidt tot heffing in Nederland. Dat toepassing van het OESO-modelverdrag en andere verdragen tot een andere uitkomst kan leiden, maakt dit niet anders.
Bron: Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 8 januari 2018, ECLI:NL:RBZWB:2018:93
Een in Luxemburg gevestigde onderneming stelt arbeidskrachten ter beschikking op binnenvaartschepen. De inspecteur vindt dat sprake is van ter beschikking stelling van arbeidskrachten en vindt dat de onderneming inhoudingsplichtige is. De inspecteur kan de juistheid van de naheffingsaanslagen niet onderbouwen. De naheffingsaanslagen worden daarom vernietigd.
Bron: Gerechtshof ’s-Hertogenbosch, 21 december 2017, ECLI:NL:GHSHE:2017:5846
Een werkgever verplaatst een werknemer naar een andere concernonderdeel. De oorspronkelijke werkgever was een erkend referent, de nieuwe niet. Nadat de fout is geconstateerd hebben de werkgevers de situatie hersteld. De IND heeft de verleende verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd terecht ingetrokken. Voor de werknemer ontstaat een ‘verblijfsgat’.
Bron: Raad van State, 28 januari 2017, ECLI:NL:RVS:2017:3608
Een door Luxemburg afgegeven E-101-verklaring is geen formulier dat relevant is voor een Rijnvarende. Belanghebbende moet in Luxemburg zorgen voor regularisatie of geschilbeslechting volgens de regels in het Rijnvarendenverdrag. Zo lang dat niet is gebeurd, mag Nederland sociale zekerheidspremies heffen. Belanghebbende kan in Luxemburg een civiele procedure starten om daar de geleden schade te verhalen.
Bron: Gerechtshof ’s-Hertogenbosch, 25 januari 2018, ECLI:NL:GHSHE:2017:5844
Belanghebbende ontving AOW uit Nederland en werkte als zelfstandige in zijn woonland België. De Belgische instantie moet de verzekeringsrechtelijke positie bepalen. Deze stelde ten onrechte middels het E-108-formulier vast dat België geen prevalerend recht had. Het CAK moet de Belgische vaststelling volgen en de verdragsbijdrage vaststellen.
Bron: Rechtbank Amsterdam, 15 maart 2017, ECLI:NL:2017:1622
Een vennootschap was zowel voor de nationale wetgeving van Singapore als die van Nederland inwoner. Voor de verdragstoepassing is de vennootschap inwoner van Nederland en niet van Singapore, omdat de vennootschap feitelijk werd geleid en gestuurd vanuit Nederland.
Bron: Hoge Raad, 19 januari 2018, ECLI:NL:HR:2018:47
Voor de toets of is voldaan aan het 150-kilometer-criterium voor de toepassing van de 30%-vergoedingsregeling is het moment van tewerkstelling het toetsmoment. Voor de toets of sprake is van schaarse specifieke deskundigheid is relevant het moment van aangaan van de dienstbetrekking.
Bron: Gerechtshof Den Haag, 19-12-2017, ECLI:NL:GHDHA:2017:3606