P werkt in Nederland bij de Indonesische ambassade. Gezien zijn status is hij in Nederland belasting- en premieplichtig. Omdat de ambassade geen (verplichte) inhoudingsplichtige is in Nederland (art. 6, lid 4 Wet LB), is geen loonheffing ingehouden en kan P die ook niet verrekenen.
Bron: Rechtbank Den Haag, 16 april 2019, ECLI:NL:RBDHA:2019:3947
Een inwoner van Duitsland ontvangt in 2017 uit Nederland een invaliditeitsuitkering groter dan 15.000 euro. De uitkering is belast in Nederland op grond van het pensioenartikel. Dat door het nieuwe belastingverdrag de heffing 1200% hoger is, vormt geen inbreuk op de rechten van de mens.
Bron: Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 17 mei 2019, ECLI:NL:RBZWB:2019:2248
Een Cypriotische Limited houdt alleen twee grote vorderingen. Alle beslissingen werden feitelijk in Nederland genomen en alleen geformaliseerd door het bestuur in Cyprus. De Limited is in Nederland gevestigd. Door het jaren stilzitten van de inspecteur kan niet nagevorderd worden.
Bron: Rechtbank Den Haag, 28 mei 2019, ECLI:NL:RBDHA:2019:6296
X, Rijnvarende, is terecht in Nederland sociaal verzekerd. De zetel van de onderneming bevindt zich in Nederland. De Luxemburgse E-106-verklaring voor de zorgverzekering maakt dat niet anders. Als sprake is van dubbele premieheffing, moet een regularisatieverzoek in Luxemburg worden ingediend.
Bron: Gerechtshof Den Haag, 29 mei 2019, ECLI:NL:GHDHA:2019:1884
Een kind van een Nederlandse ambtenaar bij de EEG claimt verzekerd te zijn geweest tussen 1965 en 1972. Zij wil gelijke behandeling met een gezinslid van een uitgezonden ambtenaar die wel sociaal verzekerd blijft in Nederland. Er is geen sprake van discriminatie. Het kind krijgt geen AOW-recht.
Bron: Centrale Raad van Beroep, 11 juli 2019, ECLI:NL:CRVB:2019:2334
Het vrijgesteld inkomen van een werknemer van een agentschap van de Europese Unie mag niet mee in aanmerking worden genomen voor de bepaling van (de afbouw) van de hoogte van de algemene heffingskorting.
Bron: Hoge Raad, 19 juli 2091, ECLI:NL:HR:2019:1221
In navolging van het Hof van Justitie bevestigt de Hoge Raad dat de Let die werkt voor een Nederlandse werkgever buiten de EU in zijn woonland sociaal verzekerd is. Niet onderzocht hoeft te worden of de Letse wetgeving voorziet in aansluiting bij enig stelsel van sociale Zekerheid.
Bron: Hoge Raad, 19 juli 2019, ECLI:NL:HR:2019:1201
Begeleiding bij bouwwerkzaamheden aan een schip vormen geen vaste inrichting. De onderneming wordt niet (deels) in Zuid-Korea uitgeoefend. Ook is geen sprake van een vaste inrichting als een plaats van uitvoering van bouwwerkzaamheden (art. 5, lid 2, ond. h Verdrag).
Bron: Hoge Raad, 19 juli 2019, ECLI:NL:HR:2019:1220
De rechtbank beslist dat x geen duurzame band van persoonlijke aard heeft met Nederland. Zonder duurzame band kan X toch in Nederland ingeschreven staan, een woning en andere onroerende zaken bezitten als ook bank- en effectenrekeningen, abonnementen, zorgverzekering etc.
Bron: Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 26 april 2019, ECLI:NL:RBZWB:2019:1960
Een Nederlandse BV is naar Malta verplaatst en voor het belastingverdrag inwoner van Malta. De winst van de BV is niet naar Malta overgebracht en daarom niet in Malta belast (remittance base regime). Nederland mag de inkomsten (winst) van de BV belasten.
Bron: Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 7 februari 2019, ECLI:NL:RBZWB:2019:597