Een ambtenaar is uitgezonden naar Rusland. Nadat de zoon terugkomt naar haar woning in Nederland en een eigen huishouding gaat voeren, gaat de woning over naar box 3. Dat ze fictief binnenlands belastingplichtige is, maakt dat niet anders.
Bron: Gerechtshof Den Haag, 3 februari 2021, ECLI:NL:GHDHA:2021:249
De verrekening van dubbele belasting waarbij de beperking van de verrekening van een buitenlandse bronheffing beperkt is tot de maximale heffing in het woonland over dat inkomen, is niet in strijd met het EU-recht (vrij verkeer van kapitaal).
Bron: Hof van Justitie EU, 25 februari 2021, ECLI:EU:C:2021:136
Gebruik van de eigen woning door een kraakwacht bijvoorbeeld bij uitzending van werknemers, wordt niet aangemerkt als het ter beschikking stellen aan een derde. Onder meer een door partijen getekende kraakwachtovereenkomst is hierbij van belang.
Bron: Gerechtshof ’s-Hertogenbosch, 31 december 2020, ECLI:NL:GHSHE:2020:4101
X is bestuurder van een Nederlandse BV. Hij emigreert in maart 2015 naar Costa Rica en krijgt in 2015 zijn loon doorbetaald. Na een arbeidsconflict in 2014 heeft X niet meer feitelijk gewerkt. De dienstbetrekking wordt geacht geheel in Nederland te zijn vervuld.
Bron: Gerechtshof Amsterdam, 28 januari 2021, ECLI:NL:GHAMS:2021:108
A is Nederlandse en in 2000 naar Nederland gekomen. In 2013 is ze voor haar studie met haar drie kinderen naar Portugal vertrokken. Uit Nederland krijgt ze uitkeringen. In ieder geval vanaf 1 januari 2018 woont zij in Portugal en is ze daar sociaal verzekerd.
Bron: Centrale Raad van Beroep, 8 januari 2021, ECLI:NL:CRVB:2021:117
Omdat X, ingeschreven op een Nederlands adres, niet aannemelijk maakt dat hij niet de feitelijke beschikkingsmacht had over een auto met Bulgaars kenteken, is de navorderingsaanslag MRB van € 6.567 en de verzuimboete € 528 terecht.
Bron: Hoge Raad, 19 februari 2021, ECLI:NL:HR:2021:252
X is in 2015 geëmigreerd naar Costa Rica. Voor de berekening van de hoogte van de arbeidskorting moet alleen het in Nederland belaste inkomen in aanmerking worden genomen en niet het wereldinkomen. Nu is het woord aan de Hoge Raad.
Bron: Conclusie A-G Niessen, 25 januari 2021, ECLI:NL:PHR:2021:65
De RvS bevestigd dat de toepassing evenredigheidsmethode sinds de invoering van de progressieve heffing in box 3 juist is en kan leiden tot een hogere belastingheffing. Ook is de door Duitsland en Frankrijk geheven dividendbelasting juist.
Bron: Raad van State, 3 februari 2021, ECLI:NL:RVS:2021:205 en 206
Een inwoner van Frankrijk heeft een in Frankrijk belaste AOW-uitkering van 13.676. Zijn pensioen is in Nederland belast. Het in Frankrijk belaste inkomen is te gering om in Frankrijk volledig faciliteiten en de belastingvrije som te gelde te maken. Dan moet Nederland (ook) faciliteiten verlenen.
Bron: Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 28 januari 2021, ECLI:NL:RBZWB:2021:359
Volgens het Gerechtshof is geen sprake van een materiële werkgever. De beloning van de werknemer wordt niet individueel doorbelast, maar met een service fee. Het Gerechtshof volgt niet de Hoge Raad uit 2006, maar het in 2010 gewijzigde OESO-commentaar.
Bron: Gerechtshof ’s-Hertogenbosch, 31 december 2020, ECLI:NL:GHSHE:2020:3851