De kennisgroep IBR IB niet-winst/LB/PH van de Belastingdienst heeft twee standpunten gepubliceerd over het vaststellen van de (pensioen)inkomensgrens in een migratiejaar onder resp. het verdrag met België en Duitsland: dient uitgegaan te worden van het pensioeninkomen in het gehele kalenderjaar of alleen het pensioeninkomen in de buitenlandse periode van het kalenderjaar? In relatie met België volgt uit o.a. de tekst dat dient te worden uitgegaan van het pensioen in de buitenlandse periode terwijl onder het verdrag met Duitsland de gehele kalenderjaar als referentieperiode fungeert.

Bron: kennisgroepen.belastingdienst.nl, KG:041:2024:20 en KG:041:2024:21, 17 september 2024

Het besluit van 18 april 2023 (Stcrt. 2023,12301) bevat de goedkeuring dat bij onduidelijkheid in de voorkomingsbepaling, de systematiek van het Bvdb 2001 dient te worden toegepast. Nu is aangegeven dat ter aanvulling op en verduidelijking van het besluit, voornoemde tegemoetkoming in ieder geval geldt voor verdrag met Panama (art. 11 en 12), Singapore (art. 10) en Saudi-Arabië (art. 12).

Bron: Ministerie van Financiën, Mededeling, 12 september 2024

A-G Pauwels heeft conclusie genomen in een casus over een inwoner van Nederland die als keeperstrainer aan de slag was in Saudi-Arabië. De verdragsbepaling inzake niet-zelfstandige arbeid is van toepassing. Voor de vaststelling van de aftrek elders belast concludeert de A-G dat ook niet gehele dagen in de dagenbreuk kunnen worden meegenomen, in lijn met de visie van de inspecteur.

Bron: Conclusie A-G Pauwels 16 augustus 2024, ECLI:NL:PHR:2024:851

A, inwoner van Nederland (ook geschilpunt) heeft in diverse landen gewerkt en claimt ter zake voorkoming van dubbele belasting. Aan de hand van de dagenbreuk zoals deze volgt uit een arrest van de Hoge Raad wordt het aftrek elders belast vastgesteld. Het belang van het aannemelijk maken van de werkdagen in de andere landen komt ook naar voren in deze uitspraak.

Bron: Rechtbank Noord-Nederland 18 juli 2024, ECLI:NL:RBNNE:2024:2867

Op wie rust de bewijslast bij de vraag of sprake is van een fiscaal gefacilieerde lijfrente? Op deze vraag wordt vrij uitgebreid ingegaan door Rechtbank-Zeeland-West-Brabant in een zaak onder het belastingverdrag Nederland-België. Uitkomst is dat Nederland toch mag heffen over deze lijfrente-uitkering.

Bron: Rechtbank Zeeland-West-Brabant 29 juli 2024, ECLI:NL:RBZWB:2024:5211

Een inwoner van Nederland (piloot) doet een beroep op het Golfstatenbesluit voor de voorkoming van dubbele belasting in verband met zijn werkzaamheden als piloot onder het belastingverdrag Nederland-Turkije. De vrijstellingsmethode zou dan kunnen worden toegepast in plaats van de verrekeningsmethode. Het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden honoreert op grond van het gelijkheidsbeginsel het beroep op het Golfstatenbesluit in casu.

Bron: Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 16 juli 2024, ECLI:NL:GHARL:2024:4739

In verband met het ‘BEPS-proof’ maken van de regeling, is de belastingregeling Nederland-Curaçao gewijzigd. De gewijzigde regeling is in werking getreden op 13 juli 2024.

Bron: Staatsblad 2024, 215, 26 juni 2024

Naar aanleiding van een tweetal uitspraken van Hof ’s-Hertogenbosch over de reikwijdte van de overheidsbepaling in respectievelijk het belastingverdrag met Duitsland (ECLI:NL:GHSHE:2023:4256, een thuiswerksituatie) en de Verenigde Staten (ECLI:NL:GHSHE:2023:4255) wordt door Sociaal Fiscaal Internationale Expertise (SOFIE) gewezen op het doen van een aanvraag van een verdragsverklaring.

Bron: SOFIE, news, 27 juni 2024

Een inwoner van Nederland die werkzaam is op twee schepen voor een Zwitserse werkgever kan voor deze werkzaamheden geen aanspraak maken op voorkoming van dubbele belasting. Er is geen namelijk geen sprake van internationaal verkeer.

Bron: Rechtbank Noord-Nederland 27 maart 2024, ECLI:NL:RBNNE:2024:1465

Het nieuwe Belastingverdrag Nederland-San Marino is ter stilzwijgende goedkeuring overlegd. Het past met name bij de uitbreiding van het belastingverdragennetwerk van Curaçao ten behoeve van een duurzame economische ontwikkeling.

Bron: Tweede Kamer, brief Regering, 7 mei 2024